Gepubliceerd: Radar+
Datum: zomer 2018
Door: Niki Rap
Dr. Jetske Ultee krijgt als huidexpert vier zonverbrandingskwesties voorgelegd van Radar+. Wat smeer je en wat is onzin om te gebruiken. Lees het hier:
Nieuws onder de zon
Snel bruin, dus dan maar een lage beschermingsfactor. Een dot aftersun en het verbrandingsleed is verholpen. We legden huid- en zonexpert Jetske Ultee vier zonnebrandkwesties voor om erachter te komen wat zin heeft en wat onzin is.
‘Ik word heel snel bruin. Daarom gebruik ik alleen een beetje olie met een lage factor om de boel soepel te houden.’
Deze aanname is op zich niet zo gek. Door bruin te worden, oftewel pigment aan te maken, beschermt je lichaam zich tegen uv-straling. ‘Maar’, zegt Jetske Ultee, onderzoeksarts in de cosmetische dermatologie en met haar stichting Sunwiser ‘kruisvaarder’ voor veiliger zonnen, ‘dat kleurtje geeft een bescherming die op z’n hoogst gelijk staat aan een crème met SPF 4.’ Dat is, zelfs voor een donkere huid, te weinig om rimpels te voorkomen en het risico op huidkanker te verkleinen. Zelfs een ‘makkelijke’ huid moet je goed beschermen tegen de zon.
Dat ‘goed’ betekent allereerst een fles of tube kiezen die beschermt tegen uv B- én uv A-straling. Door uv B verbrand je, maar de ‘onzichtbare’ uv A s eigenlijk gemener: die stralen gaan zelfs door glas of wolken heen en dringen dieper door in je huid. Ultee: ‘Iemand met een heel lichte huid die snel verbrandt, heeft natuurlijk een hogere factor (SPF 30 of 50) nodig dan iemand die donkerder gekleurd is. Maar ik adviseer uiteindelijk altijd minimaal een SPF 15.’ En dat je met een beschermingsfactor 30 dertig keer zo lang in de zon kunt liggen zonder te verbranden, klopt niet. Het draait uiteindelijk om de hoeveelheid zonlicht waaraan je huid kan worden blootgesteld. En die wordt ook bepaald door de uv-index (de sterkte van de zon), het tijdstip op de dag en de plek op aarde. Daarom moet je elke twee uur opnieuw te smeren, ongeacht de factor. En wees royaal. Ultee: ‘Als je te weinig smeert, blijft er van je SPF 30 al snel maar een schamele factor 9-16 over.’ De perfecte dosering? Twee milligram per vierkante centimeter huid, wat neerkomt op ongeveer een halve theelepel crème voor je gezicht, circa 4 eetlepels voor armen en benen en op buik en rug nog eens 2 eetlepels. Al met al een borrelglaasje vol.
Waterproof bestaat helemaal niet. De term mag op zonnebrandproducten niet eens worden gebruikt
‘Mijn man vindt al dat smeren onzin. Die verbrande schouders zijn morgen weer over, zegt-ie.’
Het blijkt dat mannen vaker aan huidkanker overlijden dan vrouwen. Komt dat door dat koppige niet-smeren? Of gaan ze te laat naar de dokter met klachten? Volgens Ultee ligt het niet zo simpel: ‘Er lijkt eerder een biologische verklaring te zijn. Mogelijk speelt een grotere hoeveelheid vrije zuurstofradicalen een rol: dat zijn schadelijke stoffen die cellen als het ware aanvallen.
Ook een andere hormoonhuishouding en een immuunsysteem dat anders werkt dan bij vrouwen, kunnen oorzaken zijn. Dat wordt nog volop onderzocht.’ Ultee relativeert: ‘Je gaat heus niet dood van een beetje verbrande schouders. Het trekt meestal snel weer weg, dat klopt. Maar verbranding betekent wel huidschade. En die schade werkt uiteindelijk als een optelsom.’ Hoe vaker zonschade, hoe groter de kans op huidkanker. Zo’n all day sunblock die je maar één keer per dag hoeft te smeren dan maar? Ultee is er geen voorstander van. Geen enkel product behoudt z’n werking de hele dag. Bovendien worden in dit soort blockers chemische zonfilters gebruikt die dieper in de huid dringen en dus een groter risico op irritatie en huidproblemen geven. Ook werkt vaak alleen de uv B-filter langer en is de uv A-bescherming maar heel matig, en win je er dus alsnog niks mee.
Kortom: ook mannen moeten smeren. En weersta de verleiding om die halve fles van de vorige vakantie aan te spreken. Koop voor de zekerheid een nieuwe, want, zegt Ultee: ‘De kans bestaat dat je met die oude sneller verbrandt. Zonnefilters werken namelijk minder goed als de verpakking al een tijd open is, of als de inhoud dagenlang warm heeft liggen worden op het strand.’ Overigens is de prijs bij aanschaf van een verse voorraad geen goede indicator. Een duurder merk is niet per se beter, en een goedkope variant niet altijd slechter. De kwaliteit wordt voor een groot deel bepaald door de ingrediënten, die soms allergie of irritatie veroorzaken of de verbranding zelfs verergeren. Kies bij voorkeur een zonnebrandcrème zonder parfum, kleurstoffen of oxybenzone (een chemisch zonnefilter).
Krijg ik een vitamine D-tekort door me te beschermen tegen de zon?
Onder zo’n dikke laag zonnebrandcrème maakt je huid toch onmogelijk vitamine D aan? Hoe gezond is dat? Volgens Jetske Ultee klopt het weliswaar dat je huid helemaal afdekken de aanmaak van vitamine D tegenhoudt. Toch loop je geen vitamine D-tekort op als je er een normaal smeerritueel op nahoudt. Ultee: ‘Uit onderzoek blijkt dat zelfs de meest fervente smeerders evenveel vitamine D in hun bloed hebben als anderen. Omgekeerd geldt dat je, ook als je vaak in de zon komt, nog een vitamine D-tekort kunt hebben.’ Vooral niet minderen met de zonnecrème dus. Gezond eten – vette vis en margarine bevatten veel D – is een veel slimmere optie om een tekort te voorkomen en dus je botten en tanden sterk te houden. Heb je een donkere huidskleur, ga je gesluierd door het leven, kom je nauwelijks buiten, ben je een vrouw van boven de vijftig of een man van boven de zeventig? Dan krijg je, net als kinderen onder de vier, het officiële advies om een vitamine D-supplement te gebruiken.
Vergeet aftersun-producten,
je kunt beter smeren met een bodylotion waarin zoethoutwortel extract zit
‘Voor de kinderen gebruik ik een waterproof crème met SPF 50+. Dan zit ik toch safe?’
Een hoge factor en nog waterproof ook: dat klinkt op zich perfect. Toch zijn er twee grote maren. Ten eerste moet je kinderen heel vaak insmeren. Om de factor te bereiken die op de verpakking staat, sowieso elke twee uur, maar in een nog hogere frequentie als ze sporten (dan zweet je het er makkelijker af) of de hele dag in het water liggen. Dan moet je bijsmeren. Dat is meteen het tweede bezwaar: waterproof bestaat helemaal niet. De term mag op zonnebrandproducten niet eens meer worden gebruikt. ‘Water resistant’ kun je wel kopen. Dan zijn er stoffen toegevoegd die zorgen dat het langer blijft zitten. Maar: de beschermingsfactor loopt hoe dan ook terug als je ermee in het water gaat.
Toch is Ultee niet faliekant tegen de ‘water-resistants’: ‘Als je vaak zwemt of een slechte smeerder bent, is het wel veiliger om voor zo’n crème te kiezen dan voor een product dat helemaal niet waterbestendig is.’ Ook raadt ze aan om voor een crème te gaan in plaats van een spray, hoe handig dat ook lijkt: ‘Daarmee kun je nooit een laag aanbrengen die dik genoeg is.’ En zo’n uv-werend pak, dat je steeds vaker ziet aan buitenlandse stranden? Dat is zeker voor kleine kinderen een goede optie. Wel blote delen blijven insmeren, uiteraard. Maar een wit T-shirtje, waarin ze ook nog zwemmen, biedt vrijwel geen bescherming.
‘Au, iets te lang liggen bakken. Gelukkig heb ik een goede aftersun.’
Niks mis met wat extra huidverzorging na een zonsessie. Maar vergeet aftersun. Ultee: ‘Daar zit vaak zogenaamd verkoelende menthol en alcohol in, maar die maken de huidontsteking, wat die verbranding van je huid in feite is, alleen maar erger. Je kunt nog beter niks gebruiken dan een irriterende aftersun.’ De huid echt herstellen kan een aftersun al helemaal niet, simpelweg omdat geen enkel verzorgingsproduct in staat is om het beschadigde DNA te repareren.
De huidbarrière herstellen – lees: droogte verdrijven, de huid tot rust brengen en de soepelheid terugwinnen – kan wél. Al wat je nodig hebt, is een goede bodylotion met kalmerende (zoals niacinamide, zoethoutwortelextract of beta glucan) en verzorgende (bijvoorbeeld glycerine, hyaluronzuur of panthenol) ingrediënten.
Kijk voor meer informatie op smeerjein.nl.